
BTW Laag tarief op bepaalde diensten
Bepaalde werkzaamheden waarvan de vereniging van eigenaren de opdracht verleend vallen, weliswaar met enkele restricties en voorwaarden, onder het lage BTW tarief. Dit houdt een besparing in voor VvE'en aangezien zij veelal geen omzetbelasting terug kunnen vragen.
Schoonmaak
Schoonmaakwerk in de woning valt onder het 6%-tarief. Schoonmaakwerkzaamheden aan de buitenkant van woningen, zoals gevelreiniging en glazenwassen, en specifieke schoonmaakdiensten binnen woningen zoals schoorsteenvegen en CV-reiniging en andere diensten die niet tot de normale werkzaamheden van een schoonmaker behoren, vallen onder het 19%-tarief.
Schilderwerk
Om het 6%-tarief te kunnen toepassen moet de schilder, stukadoor of behanger kunnen aantonen dat de woning minimaal 2 jaar oud is. Hij kan dit doen met bijvoorbeeld een schriftelijke verklaring van de opdrachtgever.
Eis 2 jaar of ouder bij schilderwerk
Voor de beoordeling of een woning minimaal 2 jaar oud is, is bepalend de begindatum van het bouwjaar volgens de gemeentelijke administratie op grond van de Wet Waardering Onroerende Zaken. Het bouwjaar van de woning is het jaar waarin de woning wordt opgeleverd, het begin van het bouwjaar is dan op 1 januari van het jaar van oplevering van de woning. Bij een pand dat niet vanaf het begin als woning in gebruik is geweest, bepaalt het tijdstip waarop het pand voor het eerst als woning in gebruik is genomen of de woning minimaal 2 jaar oud is. Te denken valt aan een oud monumentaal pakhuis dat tot een appartementencomplex is omgebouwd. Wanneer een woning in verschillende stadia tot stand is gekomen, moet de woning voor minimaal 50% bestaan uit delen die 2 jaar of ouder zijn.
Aanvullende algemene bepalingen
Panden die tegelijkertijd als woning en als bedrijfspand worden gebruikt (bijvoorbeeld woon/winkelpanden) mogen in hun geheel als woning worden aangemerkt. Hierbij geldt als voorwaarde dat ze voor meer dan 50% van het pand voor particuliere bewoning in gebruik zijn. Als een pand voor minder dan 50% als woning in gebruik is, dan mag dat woondeel voor de toepassing van het tarief worden afgesplitst.
Een en ander is als zodanig opgenomen in tabel I, onderdeel b van de Wet op de Omzetbelasting 1968.
Het begrip 'woning' is volgens de belastingdienst
'Woningen' zijn onroerende zaken die zijn bestemd voor permanente bewoning door particulieren. Ook tijdelijk leegstaande woningen vallen hieronder. Het maakt niet uit of de onroerende zaak eigendom is van de bewoner of dat hij de onroerende zaak huurt.
Bij een (semi-)permanent verblijf in bijvoorbeeld een bejaarden-, verpleeg- of verzorgingsinstelling, worden de ruimten in die instelling die ter beschikking staan van de bewoner aangemerkt als woning.
Als woning zijn verder aan te merken de aanleunwoning, de studentenflat, het klooster voor zover in gebruik voor permanente bewoning en de zogenoemde 'tweede' woning als permanente bewoning daarvan is toegestaan.
Garages, schuren, serres, aan- en uitbouwen, tuinhekken en dergelijke behoren tot een woning als zij op hetzelfde perceel als de woning liggen. Garages die tot hetzelfde gebouwencomplex behoren als de woningen (bijvoorbeeld parkeergarages onder flatgebouwen die door particulieren worden bewoond) worden ook tot de woning gerekend.
De gemeenschappelijke ruimtes in appartementen, bejaardentehuizen/aanleunwoningen, verpleeg- en verzorgingsinstellingen en dergelijke (zoals de hal, het trappenhuis, de eetzaal, de recreatieruimte, enzovoort) volgen het regime dat geldt voor de particuliere woongedeelten.
Niet als woning zijn aan te merken:
- bedrijfsgebouwen en -ruimtes
- afzonderlijke garageboxen
- vakantiewoningen als permanente bewoning niet is toegestaan
- hotels/pensions
- woonboten/woonwagens
- asielzoekerscentra
- ziekenhuizen
- internaten
Gerelateerde artikelen: |
BTW op verbouwingen (tijdelijke regeling)
VvE vrijgesteld van omzetbelasting
Download mogelijkheden: |